Het nieuws wordt gedomineerd door de Russische inval in Oekraïne. Maar hier wil ik het hebben over een minder wereldschokkende gebeurtenis, maar wel ook een die mij raakte. Het gaat om de teruggave van het Schilderij met huizen van Wassily Kandinsky, die werd geboren in Moskou en opgroeide in het Oekraïnse Odessa. Het schilderij werd geretourneerd aan de erfgenamen van het echtpaar Lewenstein, dat het doek in de Tweede Wereldoorlog voor een habbekrats moest verkopen aan de gemeente Amsterdam.
Schilderij met huizen (1909) toont een aantal huizen met daarvoor een beeld. De figuur zit enigszins voorovergebogen en lijkt te reflecteren op de rij huizen. Verder vallen de nogal primaire kleuren op. Ik zie aan de ene kant weemoed, aan de andere kant heeft het voor mij een positieve toon. Misschien is het een zoon die op het punt staat om afscheid te nemen van zijn woonplaats en het beeld van die huizen en velden voor altijd in zijn geheugen wil opslaan. Kandinsky laat het aan onze verbeelding over.
De teruggave van dit schilderij is een overwinning voor de familie Lewenstein en een bijzonder gebaar van de gemeente Amsterdam. Voor mij betekende het nog meer. Het moment dat de overdracht plaats vond, trof mij. Als je, zoals ik, gelooft in G-ddelijke voorzienigheid, dan is het geen toeval dat deze overdracht op dit moment in de geschiedenis plaatsvond; bijna 80 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog staat Oekraïne in brand en worden mannen, vrouwen en kinderen gedwongen huis en haard te verlaten.
Dit brengt me naar twee andere werken van Kandinsky. In 1904 schilderde hij Strandstoelen in Holland. Hij was aan het strand, ergens in Nederland. Het schilderij toont een aantal lege strandstoelen op het strand en op de achtergrond de zee. Toen hij dat schilderde was hij blijkbaar gefascineerd door de zee. Het gaf hem iets. Rabbi Nachman van Breslov heeft eens gezegd dat je bij de zee antwoord kunt vinden op de grote vragen des levens. In deze weken hebben wij – dat denk ik tenminste – allemaal indringende vragen des levens. Ik weet niet of je inderdaad aan het strand de antwoorden op deze levensgrote vragen zult kunnen vinden. Misschien kan de profeet Jesaja ook inspiratie bieden, waar hij zegt (hoofdstuk 11:9) dat eens de wereld net zoveel kennis van G-d zal bevatten als het water dat de zeebodem bedekt. Eens zullen we het allemaal begrijpen.
Tot slot. In 1908 verbleef Kandinsky in de kleine Oekraïnse stad Okhtyrka, ten westen van Charkov. Daar schilderde hij Het rode kerkje. Ik vind het een rustgevend tafereel. Het gebouw wordt weerspiegeld in het water. Dat deel van het schilderij is minder rustig, vooral omdat het water in beweging is. Daarin zie ik een boodschap. Ik denk dat het reflecterende water ons ook tot reflectie wil brengen. Zoals koning Salomo zegt (Spreuken 27:19): Het water weerspiegelt het gezicht, zo weerspiegelen ook de harten van mensen elkaar. Laten we dat ter harte nemen.
rabbijn Shmuel Katz | hoofdredacteur