Joods & christelijk platform
voor reflectie 
op de actualiteit

Revolutie in Israël

door Ron van der Wieken | analist internationale politiek

 

In november 2022 won de Likoed o.l.v. Benjamin Netanyahu de Israëlische parlementsverkiezingen. De Likoed is een relatief oude, grote centrumrechtse volkspartij en Netanyahu is al vele jaren de vrijwel onbetwiste aanvoerder. Hij heeft vele regeringen geleid; alleen de laatste twee jaar was hij in de oppositie.

In de Israëlische politiek hebben linkse partijen al lang geen invloed meer. Merets, een zusje van GroenLinks, bleef in november onder de kiesdrempel van 3,25% en verdween uit de Knesset, en Avoda, de lokale PvdA, bleef er net boven. Naast Likoed zijn er meer centrum- tot centrumrechtse partijen die deels afsplitsingen van die partij zijn en die slechts op details verschillen van Likoed. Daar zou Likoed heel goed mee kunnen samenwerken ware het niet dat al die partijen absoluut niet meer met de persoon Netanyahu in zee willen gaan. Bij een hele serie voorgaande verkiezingen heeft Netanyahu de anderen met allerlei slimmigheden en soms met regelrecht vals spel bij voortduring pootje gelicht en dat heeft veel kwaad bloed gezet. De rest van het landschap wordt gevuld door drie kleine Arabische partijen die voornamelijk onderling ruzie maken en twee grotere Joods-religieuze partijen die feitelijk one-issue partijen zijn: het gaat hun uitsluitend en alleen om het belang van hun eigen kiezers: géén dienstplicht, wél substantiële financiële ondersteuning voor diegenen die hun leven wijden aan ultra orthodox-Joodse studies. En dan zijn er nog twee extreem rechts nationalistische partijen die vóór annexatie van de West Bank zijn maar tegen gelijkberechtiging van de Palestijnse bevolking.

Netanyahu wist dat een nieuwe door hem geleide coalitie met de andere centrumrechtse partijen niet mogelijk zou zijn en daarom wendde hij zich tot de ultra-religieuze en extreem rechts-nationalistische partijen. Hij bleek bereid erg ver te gaan om hun eisen voor samenwerking in te willigen. Behalve dat Netanyahu heel graag aan het pluche kleeft is daar nog een reden voor: er lopen justitiële onderzoeken naar hem over corruptie en fraude waarbij - als hij wordt schuldig bevonden- gevangenisstraf niet ondenkbaar is. Zolang hij premier is zullen die processen waarschijnlijk niet plaats vinden, denkt Netanyahu, en is hij veilig. Of die redenering volledig klopt is overigens momenteel niet geheel duidelijk. Er is in maart j.l. een wet aangenomen die bepaalt dat een premier alleen door de Knesset kan worden afgezet, en alleen vanwege psychische of fysieke ongeschiktheid om zijn ambt uit te oefenen, maar het Hoge Gerechtshof (HG) heeft zich nog niet uitgesproken over de validiteit van deze wet.

Toen de regering benoemd was bleek de agenda verrassend anders dan verwacht: Het kabinet bleek het kortwieken van de staatkundige betekenis van het HG de hoogste prioriteit te geven. Alle partijen in deze zeer rechtse regering vinden namelijk dat het HG een veel te grote politíeke rol speelt. Het HG heeft zich de rol toegeëigend  die in Nederland de Eerste Kamer heeft, en is buitengewoon belangrijk voor de checks and balances  in de Israëlische politiek. Zonder het HG zou een eenvoudige meerderheid in de Knesset de meest absurde, gevaarlijke of onuitvoerbare wetten kunnen aannemen met alle gevolgen van dien. Het HG heeft die rol aangenomen doordat er in het Israëlische stelsel geen Eerste Kamer of een vergelijkbare instantie bestaat, evenmin als een grondwet. Die laatste werd in de Onafhankelijkheidsverklaring van mei 1948 wel beloofd maar het is er nooit van gekomen. Dat heeft er toe geleid dat het HG uit die Onafhankelijkheidsverklaring bepaalde principes destilleerde die tezamen enigszins als Grondwet fungeren: de “basic laws”. Maar daar zijn de huidige regeringspartijen het dus hartgrondig mee oneens. Er is wel iets te zeggen voor de kritiek dat het HG geen democratisch gekozen instantie is maar het zomaar schrappen van het HG zou door de dan ontstane onevenwichtige macht van de Knesset desastreus kunnen uitpakken.

De oplossing van deze hele problematiek is eigenlijk niet ingewikkeld: er zou een gekozen Eerste Kamer - c.q. Amerikaanse Senaat-achtige instantie moeten komen, én een Grondwet. Maar de regeringscoalitie wil koste wat het kost de huidige plannen doorzetten, geprikkeld als zij zijn door de door hen als “linkse” tegenwerking gepercipieerde acties van het HG.

Het Israëlische publiek is in het algemeen nogal meegaand als het regeringsmaatregelen betreft. Bijvoorbeeld de in het verleden gerealiseerde voorkeursbehandeling van de ultra-orthodoxie werd weliswaar op grote schaal beleefd als onrechtvaardig maar er waren geen protestacties van enige omvang. Nu is dat volstrekt -en nogal onverwacht- geheel anders: er is een grote nationale protestbeweging op gang gekomen die met voortdurende enorme demonstraties zich met hand en tand verzet tegen de regeringsplannen om het HG buiten spel te zetten, die als antidemocratisch  beschouwd worden. De wekelijkse enorm omvangrijke protestdemonstraties hebben voorlopig opgeleverd dat de regering in gesprek gaat met de oppositie om een plan met brede consensus te bereiken. Het algemene wantrouwen tegen Netanyahu blijft echter volop aanwezig en men is alom bedacht op zijn zoveelste truc.

Er is nu ook breed protest tegen de bizarre voorkeursbehandeling van de ultra orthodoxie en een grote weerzin tegen de ultranationalistische partijen die deel uitmaken van de coalitie. De weerzin wordt nog gevoed door het feit dat veel van de huidige ministers nooit in het leger zijn geweest, ofwel omdat ze ultra-orthodox zijn, ofwel omdat ze ongeschikt waren bevonden. Het Israëlische leger is een volksleger dat enorm vertrouwen geniet in zeer brede lagen van de bevolking die bereid zijn grote offers voor de staat te brengen.

Het protest tegen de voorkeursbehandeling van de ultra-orthodoxie legt een ander, dieper motief van het ernstige ongenoegen bloot: moet Israël een staat voor Joden zijn of een Joodse staat? Het is duidelijk dat de religieuze partijen een Joodse Staat willen en wel volgens de meest rigoureuze ultra-orthodoxe principes. De grote meerderheid van de Joodse bevolking, zowel niet-religieus als gematigd orthodox, wil dat absoluut niet, en men is bevreesd voor een toekomstige omkering van de verhoudingen door het enorme geboortecijfer van de ultra’s. Een diep schisma dreigt en het zal groot staatsmanschap vereisen om dat rampzalige scenario te voorkomen. Die rol zal Netanyahu absoluut niet kunnen vervullen. Misschien is Benny Gantz, de leider van het centrumrechtse Nationale Kamp, de man hiervoor, of Yair Lapid van de centrumpartij met de hoopgevende naam Jeesh Atied, Er is een Toekomst.

H

H

Deel dit bericht:

cross